"Hatsjoe!"
De vrouw tegenover me lijkt eerst normaal. Maar als de schuddende tram stopt, blijft ze doorschudden. Zit ze te huilen? Te giechelen? Heeft ze een tic? Is dit een asynchrone fout in het tijd-ruimte
continuüm? Heb zojuist een glimp opgevangen van de touwtjes achter de schermen van het toneel van mijn werkelijkheid? Zal ze zich omdraaien en mijn gezicht hebben en zeggen dat ik dit alles moet vergeten?
"Hatsjoe!" |